Geschiedenis spoorwegen
in en om
Roosendaal

 
Niets uit deze website mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, door middel van kopie, op digitale of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van auteur en/of webmaster.
 

Aan de noordzijde van het emplacement te Essen

 
Een foto uit een familiecollectie is aanleiding om de noordzijde van het emplacement te Essen (aan de Grensstraat) wat nader onder de loep te nemen aan de hand van enkele oude foto's.
 
 
Vraag aan J.G.C. van de Meene te Zwolle

Bijgaand zend ik je foto, dat uit de collectie van de familie Van Pul-Suijkerbuijk stamt, die in het pand Grensstraat 26, pal naast de over-weg aan de noordzijde van het Essense stationsemplacement en de rijksgrens tussen Nederland en Belgie woont.

In de tuin achter dit huis, dus in noordwaartse richting, werden rond 1955 twee kinderen en hun vader gefotografeerd (de laatste is nu 102 jaar oud). Op zich is dat niet zo opzienbarend, ware het niet dat hierop ook de drie inrijseinen van Essen op een 'kandelaar' zijn te zien en nog een Nederlandse seinpaal. Zoals je weet lag vanaf 1881 tot minstens na 1930 de overgang van rechts op links in de vorm van een kruising pal ten zuiden van de rijksgrens.
De inrijseinen dienden respectievelijk voor: links voor hoofdspoor 1, midden voor afbuigend hoofdspoor 2 en hoofdspoor 3, en rechts voor de goederensporen. Maar wat doet nu dat Nederlands aandoende sein enkele tientallen meters ervoor staand? Misschien kun jij wat duidelijkheid scheppen.


Het antwoord ging vergezeld van een tekening uit 1954, waaruit echter geen duidelijkheid sprak over het Nederlands aandoende sein. Niettemin zal hieronder aandacht worden besteed aan de situaties in 1913 en 1954.
 
 
Pal ten zuiden van de spoorwegovergang in de Grensstraat lag vanaf 29 augustus 1881 (toen het baanvak Antwerpen - Roosendaal dubbelsporig in dienst kwam) een kruising waarover het treinverkeer van links naar rechts en omgekeerd werd geleid. Deze situatie bleef bestaan tot in elk geval december 1930 en vermoedelijk nog tot een eind na de Tweede Wereldoorlog.
 
Op de tekening uit 1913 staat een wachtpost aan de westzijde van de Grensstraat, die met het nummer 8 wordt aangeduid.
In Aanschrijvng No. 1867 van 8 december 1930 van de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (SS) betreffende het Bedieningsvoorschrift Wachtpost Esschen Noord staat: 'In verband met het overbrengen van de seininrichting in den wachtpost te Esschen Noord naar seinhuis III te Esschen vervalt het BVS voor Wachtpost Esschen Noord van 15 December 1909.'
Vanuit deze wachtpost op Belgisch grondgebied werd door Nederlands spoorwegpersoneel het bloksein op Nederlands grondgebied aan het eind van het Blokstelsel III tussen Roosendaal en Essen (sinds 1907 in dienst) bediend met een eigen Bedieningsvoorschrift (BVS). Vanaf 8 december 1930 was dat echter verleden tijd en werd dit bediend door het Belgische spoorwegpersoneel op seinhuis III dat spoedig werd vervangen door het latere seinhuis Blok 19 (later 17, later 14) aan de westzijde van de spoorweg.
 
Overigens was het geen unicum dat Nederlands spoorwegpersoneel in Essen dienst deed. Sinds 1906 was de noordzijde van het stationsgebouw gereserveerd voor beambten van zowel de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (SS) als de Holland-sche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM). Zij waren onder andere belast met de overgave en overname van rollend materieel en goederen. Ook in de overladingsloods, tevens douane-goederenloods, aan de westzijde waren medewerkers van SS en HIJSM werk-zaam. Bij elkaar ging het om zo'n twintig mensen, die Essen als standplaats hadden.
 
De onderstaande 'wegwijzer'-tekening van Essen uit december 1954 is voor alle duidelijkheid in drie delen gesplitst. Alle seinpalen zijn erop ingetekend. Aan de Roosendaalse zijde was dat een 'kandelaar' met drie seinen en aan de Antwerpse zijde een 'kandelaar' met twee seinen. Aan de 'kandelaar' op Nederlands grondgebied gaat op circa 800 meter afstand een voorsein vooraf.
Van een Nederlands sein op enkele tientallen meters afstand van de 'kandelaar' is echter niets te bekennen. Of zoiets niet thuishoorde op een tekening van de NMBS, blijft een vraag, maar de foto geeft wel uitsluitsel omtrent het bestaan van het sein en tussen Roosendaal en Essen was op dat moment nog gewoon blokstelsel III in dienst.
 
De situatie op de bijgaande tekening blijft in stand tot 21 januari 1957. Vanaf die datum wordt uitsluitend links gereden tussen Essen en Roosendaal. Om dit te realiseren was blokpost 61, gelegen aan de Tolbergsestraat, al op 8 januari 1957 opgeheven. Uiteindelijk wordt er op het baanvak Essen - Roosendaal vanaf 2 juni 1957 elektrisch gereden en op 23 september 1957 komt het automatisch blokstelsel (voor links rijden) in dienst.
 
 
 
 
 
Links: Het seinhuis Blok 19 (later Blok 17, nog later Blok 14, Kalmthout-Essen) aan de westzijde van de spoorweg in zijn oorspronkelijke toestand. Op 8 oktober 1944 werd het gebouw door terugtrekkende Duitse troepen opgeblazen. Uiteindelijk vond pas in 1949 herbouw plaats in een veel grotere vorm. Dit gebouw werd in januari 2010 gesloopt nadat het in het weekeinde van 20 en 21 september 2008 buiten dienst was gesteld.
Op de foto is links het huis aan de Grensstraat 26 (later het woonhuis van de familie Van Pul-Suijkerbuijk) te zien en rechts de voormalige overwegwachterswoning die al in 1972 werd gesloopt. Foto uit circa 1930, collectie Marius Broos, Roosendaal.

Rechts: Een voorbeeld van een 'kandelaar' met drie inrijseinen te Edingen (Enghien), 6 juni 1984. Het spoorwegknooppunt had uit alle vier richtingen (Halle, Braine le Comte, Ath en Geraardsbergen) inrijseinen op 'kandelaars'.
 
Zowel de watertoren als de seinhuizen aan de noord- en zuidzijde van het emplacement te Essen werden op 8 oktober 1944 totaal vernield. De herbouw vond plaats in 1949. Bij de elektrificatie van het emplacement in 1957 verdween de post aan de zuidzijde. Alleen het seinhuis Blok 19 (later Blok 17, nog later Blok 14) aan de grens bleef overeind, vergezeld van een kleine subpost aan de zuidwestzijde.
 
 
Links op de foto van 2 mei 1971 staat de in 1972 afgebroken woning van de overwegwachter. Rechts is het huis van de familie Van Pul-Suijkerbuijk te zien. In de verte ligt het vroegere café van Melanie Smout-Vandoren (voordien Dientje Smout-van Hees). Zij had vele klanten onder de arbeiders van de naastgelegen quarantainestallen. De overweg wordt vanuit het seinhuis Blok 17 met trekdraden bediend. De weg is nog geheel van kasseien voorzien. De fietsers geven dan ook de voorkeur aan het zand ernaast. De fotograaf staat precies op de rijksgrens, die op ongeveer 2,50 meter evenwijdig uit de voorgevel van het huis Grensstraat 26 ligt.
 
 
Op 30 april 1979 loopt het treinstel NMBS 030 na zijn rit Antwerpen Centraal - Essen om naar het uithaalspoor op Nederlands gebied. Links staat het pand Grensstraat 26. De sluitbomen van de overweg zijn nog uit vroegere tijden. Het bordje in het midden geeft de lands-grens aan, die echter precies bij het paaltje links is hesitueerd (tegen de kant van de verharding). Rechts staat het paaltje met de voor machinisten goed zichtbare borden met de aanduidingen 'Einde NMBS' en 'Aanvang NS'.
 
 
Links: Ongeveer een halve meter uit de grens (die op de kant van de wegverharding ligt) staat sinds mensenheugenis een bordje met de aanduiding dat het hier voor de NS (sectie Roosendaal) ophoudt, foto uit circa 1980.

Rechts: Locomotief NS serie 24/2500 rolt met een lege grintbakkentrein het Essense emplacement op dat inmiddels nodig aan een algehele vernieuwing toe is. In de verte staat nog een treinstel uit de serie 010-049 gereed voor vertrek naar Antwerpen Centraal, foto uit circa 1980.
 
 
Locomotieven NS 2250 en 2205 vertrekken op 1 mei 1976 vanuit Essen terug naar Roosendaal, nadat zij een tiental minuten eerder een goederentrein hebben aangebracht. Rechts op de foto staat het seinhuis Blok 17 (nieuwbouw van 1949). De fotograaf staat op de plaats van de enkele jaren eerder gesloopte woning van de overwegwachter. In de verte zijn nog het stationsgebouw en de-goederenloods te ontwaren.
 
 
Aan de westzijde bevond zich vroeger de laad- en losplaats voor het lokale goederenvervoer. Veertig jaar geleden, op 2 mei 1971, was hier nog volop bedrijvigheid. Links en rechts lagen nog pallets en stenen gootjes. Op het spoor naar de goederenloods staat nog een paar goederenwagens. Overigens was die goederenloods (annex dienstgebouw) in 1900 gebouwd als tijdelijk stationsgebouw in de jaren dat het huidige stationsgebouw tot stand moest komen (1901-1903). Zoals overal elders had ook Essen op de laad- en losplaats een handkraan voor het ophijsen van zware voorwerpen naar en van goederenwagens.
 
 
Nog een plaatje op 2 mei 1971 van de handkraan op de laad- en losplaats van Essen. Vanaf deze plek kijk je rechtstreeks naar de plaats waar tien jaar eerder stoomlocomotief NMBS 93.073 aan de kant stond. De laad- en losplaats wordt thans gebruikt als parkeerplaats voor de reizigers.
 
 
Locomotief NMBS 93.073, een ex-Pruisische T 9.3, is op 28 augustus 1961 terzijde gesteld op het emplacement Essen. De machine had als stelplaats Antwerpen-Dam. Links op de achtergrond staan de huizen aan de Handelsstraat. Vaag is nog een wachtpost te zien als onderdak voor rangeerders bij slecht weer en als opslag voor olie en smeermiddelen. Het seinhuis Blok 17 valt echter buiten het beeld.
 
 
Zowel aan de zuidzijde als aan de noordzijde van het emplacement werd in 1903 een uithaalspoor voor rangeerbewegingen aangelegd. Dat aan de noordzijde overschreed de landsgrens. In goed Frans wordt zo’n kopspoor een 'cul de sac' genoemd, in Essen heet dat een 'koetzak'. Een speciale overeenkomst tussen België en Nederland liet de aanleg van dit spoor slechts toe onder de voorwaarde, dat het over de volle lengte door een afscheiding van dwarsliggers ter hoogte van twee meter zou worden afgesloten. Bovendien moest hierop nog een afrastering met prikkeldraad van een halve meter hoog worden geplaatst. Nimmer mochten op dit uithaalspoor wagens blijven staan, zodat het heimelijk invoeren van goederen onmogelijk was. Indien er een overtreding werd geconstateerd, dan zou Nederland het gebruik van dit uithaalspoor verbieden.
Vermoedelijk werd deze voorwaarde in de jaren vijftig versoepeld.
Met deze foto, gemaakt op 10 augustus 1986, zijn we aan het einde van dit kijkje aan de noordzijde van het emplacement gekomen. Rechts staat het huis van de familie Van Pul-Suijkerbuijk aan de Grensstraat 26, in wiens tuin de eerste plaat is gemaakt. De 'kandelaar' stond destijds enkele tientallen meters voorbij de locomotief en 'dat Nederlands aandoende sein' op de plaats van de fotograaf.
 
Voor meer informatie:
Marius Broos, Roosendaal, een spoorwegknooppunt als 's lands voorportaal in het zuiden, 1854-1996
('s-Hertogenbosch 2004), blz. 99-101.
Marius Broos, Het station Essen als 's lands voorportaal in een internationale spoorwegverbinding, 1854-2004,
in: Jaarboek De Spijcker, jrg. 61 (2004), blz. 54-78 (uitgave: Koninklijke Heemkundekring te Essen).